Astronomen zien hoe zwart gat zijn moederstelsel ‘uithongert’

Een internationaal team van astronomen, onder leiding van Francesco D’Eugenio en Pablo Pérez-González van het Kavli Institute for Cosmology (Universiteit van Cambridge, VK), heeft met behulp van de Webb-ruimtetelescoop kunnen bevestigen dat superzware zwarte gaten hun moederstelsel de brandstof kunnen ontnemen die ze nodig hebben om nieuwe sterren te vormen. Het team gebruikte Webb om een sterrenstelsel in het vroege heelal, ongeveer twee miljard jaar na de oerknal, waar te nemen dat ongeveer zo groot is als de Melkweg. Net als de meeste grote sterrenstelsels heeft het een superzwaar zwart gat in zijn centrum, maar eigenlijk is het stelsel morsdood: het vormt vrijwel geen nieuwe sterren meer (Nature Astronomy, 16 september).

Het sterrenstelsel, dat officieel GS-10578 heet maar de bijnaam ‘Pablo’s sterrenstelsel’ heeft gekregen (naar teamlid Pablo Pérez-González die het initiatief nam om het stelsel nauwkeurig te onderzoeken), is enorm groot voor die vroege periode: zijn totale massa bedraagt ongeveer 200 miljard zonsmassa’s en de meeste van zijn sterren werden tussen 12,5 en 11,5 miljard jaar geleden gevormd. De meeste sterrenstelsels in het vroege heelal vormen nog steeds veel sterren, dus is het opmerkelijk dat dit vroege stelsel al uitgeput is. ‘Als het genoeg tijd heeft gehad om zo groot te worden, dan heeft het proces dat de stervorming stopte zich waarschijnlijk relatief snel voltrokken’, aldus D’Eugenio.

Lees verder op: Astronomie

39
Deel dit artikel